VEBH, Haarlem Centraal en KHN Haarlem kritisch over parkeermaatregelen

Onze verenigingen ‘Koninklijke Horeca Nederland afd. Haarlem’, ‘Haarlem Centraal’ en ‘ Vereniging Eigenaren Binnenstad Haarlem’ vormen een krachtenbundeling van het bedrijfsleven in de binnenstad van Haarlem. Wij hebben groot belang bij een adequaat parkeerproduct en dienen daarom deze gezamenlijke inspraakreactie in op de ‘Maatregelen Moderniseren Parkeren’, zoals deze zijn voorgelegd door het college van B&W. Onze reactie omvat de volgende punten:

  1. Onze organisaties en onze leden hebben groot belang bij een evenwichtige voorspoedige ontwikkeling van de binnenstad van Haarlem en leveren daar ook een grote bijdrage aan. Wij werken sinds meer dan 20 jaar met andere partijen nauw samen met de gemeente in de Centrum Management Groep. Haarlem heeft met deze unieke publiek-private samenwerking een grote impuls aan de economische ontwikkeling van de stad gerealiseerd. Deze samenwerking is geformaliseerd in het Convenant Binnenstad 2013-2017, waarin o.a. is gesteld dat een goed parkeerproduct voor de auto bijdraagt aan een gastvrije en bereikbare binnenstad, en dat er voldoende en aantrekkelijke parkeergarages op loopafstand van het centrum moeten zijn. In de voorgestelde maatregelen vinden wij te weinig van deze gezamenlijk gedeelde opvattingen terug, het lijkt bij de gemeente louter te gaan om het herverdelen van de openbare ruimte en om het bezuinigen.
  2. Parkeerbeleid is geen doel op zich, maar moet worden gezien als een instrument om het gemeenschappelijk doel van een ‘Duurzaam sterke binnenstad’  te helpen bereiken.  Wij vinden dat de benadering van de gemeente van de parkeermaatregelen te smal is, omdat als een probleem van openbare ruimte wordt benaderd. Er wordt onvoldoende aandacht besteed aan de vraag of er nieuwe parkeergarages moeten en kunnen komen. Adequaat parkeerbeleid zou niet alleen vraag en aanbod moeten willen reguleren, maar zou ook moeten bezien of het aanbod moet worden uitgebreid zodat er meer evenwicht komt met de vraag naar parkeerruimte. Volgens ons is het zaak om meer parkeerplaatsen aan te bieden; niet in de openbare ruimte maar in nieuwe en uitbreiding van bestaande parkeergarages. Daarmee wordt de stad beter bereikbaar voor bezoekers èn het ‘blik gaat van de straat’. In plaats van meer parkeerplaatsen in garages te realiseren is de balans in Haarlem juist verder verstoord. Er zijn in de loop der jaren stilletjes honderden parkeerplaatsen op straat verdwenen, ten gunste van de kwaliteit van de openbare ruimte. Maar de uitdrukkelijke voorwaarde dat er compensatie zou worden geboden door nieuwe parkeergarages te realiseren lijkt bij de gemeente Haarlem totaal vergeten te zijn. Aan modernisering van parkeermaatregelen moet ook uitdrukkelijk het herstel van een economisch gezonde parkeerbalans worden toegevoegd!
  3.  De benadering van de gemeente is niet alleen te smal, de gemeente is ook financieel vooringenomen.  Jaarlijks verdient de gemeente ca. € 6 miljoen aan het parkeren en stopt dat in de algemene middelen. Om vooraf te stellen dat het parkeren jaarlijks nog één miljoen meer moet opleveren is uiterst merkwaardig. De gemeente kan zich deze houding alleen veroorloven als monopolist. De gemeente is een parkeermonopolist, want de gemeente is eigenaar van de openbare ruimte èn eigenaar van de publieke parkeergarages. Er worden dan ook overwinsten gemaakt en het parkeren wordt als ‘melkkoe’ misbruikt. Wij vinden dat die jaarlijkse netto-parkeeropbrengsten moeten worden geïnvesteerd in nieuwe publieksgarages aan de centrumring en op loopafstand van de binnenstadsvoorzieningen als winkels, horeca, cultuur, kantoren en publieke instellingen. Wij vinden voorts dat in een dergelijke marktsituatie ook particuliere ontwikkelaars,  beleggers en investeerders in de gelegenheid moeten worden gesteld om openbare parkeergarages te realiseren en exploiteren.
  4. Een ander kenmerk van monopolisten is dat de productontwikkeling onvoldoende is, en in Haarlem leidt ‘Spaarnelanden’ hier zeker aan. Bijvoorbeeld het afrekenen ‘per minuut’, en uitrijkaarten voor hotel- en congresbezoekers zijn zaken waar wij al jaren op aandringen, en het komt maar moeizaam en mondjesmaat van de grond. Wij vinden de exploitant Spaarnelanden in dit opzicht veel te traag en niet gericht op innovaties in het parkeerproduct. Om deze reden zien wij graag ook particuliere exploitanten op de Haarlemse parkeermarkt toetreden.
  5. Parkeergarages zijn duur om te bouwen en om te exploiteren. Te duur om te kunnen exploiteren tegen bewonerstarieven van enkele tientjes per jaar. Wij zijn tegen het uitgeven van bewonersplaatsen in de publieke parkeergarages, ook vanwege de grote vraag naar bezoekersplaatsen op piekmomenten in winkels, horeca,  theaters en bij evenementen. De minder goed bezette garages als Dreef en Cronjé kunnen met een moderne elektronische bewegwijzering en communicatie als overloopalternatief dienen. Dit geldt ook voor de Stationspleingarage, al moet deze natuurlijk gewoon beter worden ontsloten en enigszins vindbaar worden gemaakt voor bezoekers van buiten de stad/regio. Dat de daketage van parkeergarage De Kamp beschikbaar wordt gesteld voor een horecaexperiment vinden wij onacceptabel. Deze parkeerplaatsen zijn hard nodig voor bezoekers en er kan niet worden gesteld dat Haarlem zo weinig horecavoorzieningen heeft dat de gemeente deze stimulans moet bieden.
  6. Wij zijn wel voorstander van een nachttarief voor bewoners in de publieke garages gedurende de nachtelijke uren. Te denken valt aan een tarief van € 1,00 om te parkeren van 23.00-8.00 uur. Ook stellen wij voor om P&R-terreinen aan te bieden voor tweede (en volgende) bewonersauto’s tegen een laag tarief op veilige en per OV goed bereikbare locaties. Wij zijn van mening dat elke woning in de binnenstad recht heeft op één bewonersvergunning +één bezoekersvignet. Overigens mag het papieren bezoekersvignet van ons blijven bestaan, want ook met digitale middelen is fraude lang niet uitgesloten.
  7. Het voorstel voor het horrortarief van € 6,50 per uur voor bezoekers in de Haarlemse wijken wijzen wij ten stelligste af. De beeldwerking voor Haarlem als gastvrije stad is funest en het zou zijn doel volledig voorbij schieten. In ieder geval schreeuwt een dergelijke maatregel om flankerend beleid, en zullen er voor allerlei doelgroepen  (bijv. mantelzorgers) regelingen moeten worden getroffen. Wij vrezen een ingewikkeld en bureaucratisch systeem en verzoeken om deze maatregel van tafel te halen.
  8. Momenteel lopen er discussies over ‘Haarlem 2040’. De gemeente zou zich moeten af vragen of dit parkeerbeleid ook maar enigszins toekomstbestendig is. Er zullen nog tienduizenden woningen en auto’s bij komen. Daar zal het parkeerbeleid rekening mee moeten houden en de gemeente zal de noodzakelijke voorwaarden moeten scheppen.
 
Slot
Afrondend hebben wij forse kritiek op de voorgestelde modernisering van parkeermaatregelen.  De benadering van de gemeente is te smal en financieel vooringenomen. De balans in vraag en aanbod is inmiddels totaal zoek, en de gemeente haalt overwinsten uit de schaarste. De productontwikkeling is onvoldoende. In plaats van de parkeerverdiensten te investeren in meer parkeergarages en een klantgericht product te ontwikkelen, wordt de schaarste nog strakker en worden er steeds steviger c.q. draconische maatregelen voorgesteld. Wij doen een klemmend beroep om een wezenlijke andere benadering.